DIEREN – Het water stijgt, terwijl je er naar staat te kijken. Zo snel gaat het op de IJssel momenteel. Maar veerbaas Roland Jansen van de veerpont Olburgen – Dieren kijkt er niet van op. ‘Dit gebeurt elk jaar wel een keer.’ Toch verwacht hij vrijdag of misschien al wel donderdagavond uit de vaart te moeten: ‘Zo hoog komt het wel, ja.’
Het is een van de oudste veerverbindingen van ons land. Al in 1269 was hier een veer. Het pontje zelf is nog maar een paar jaar oud. Jansen: ‘Moet je horen hoeveel pk. Zelfs dit hoge water redden we makkelijk hoor.’
Een klein vaarbewijs is eigenlijk alles wat je nodig hebt om deze veerpont te mogen bedienen. ‘Maar denk niet dat het makkelijk is. Het gaat erom dat je weet te handelen als er iets fout gaat. Bij deze hoeveelheden water bijvoorbeeld gaat er van alles drijven. En als er dan iets op de aandrijving slaat, moet je weten hoe je de zaak aan wal krijgt.’
‘Ik heb een prachtig vak’
Vanuit zijn bedieningskamer overziet de veerbaas de hele omgeving. ‘Zoveel vogels, soms een ree die de rivier overzwemt. Ik heb een prachtig vak. Het is nu hoog water en als morgen de uiterwaarden overstromen zijn de boeren weer blij. Alle mollen en muizen verdrinken dan. Ja, daar zijn er momenteel veel te veel van.’
Het lijkt misschien een beetje saai, een veerpont bedienen. Maar Roland haalt er genoeg afwisseling uit. ‘Nu de vaste gasten, straks weer de toeristen. En de rivier is elke dag anders, hè.’