RHEDEN – Het proces tegen één van de twee veroordeelden in de zogeheten Posbankzaak moet over, dat bepaalt de Hoge Raad dinsdag. Daarmee volgt zij het advies op van de advocaat-generaal, die in juni al voorstelde dat het dossier heropend moet worden.
In het advies van de advocaat-generaal staan kritische noten over de undercoveractie die de politie gebruikte om verklaringen te krijgen van de verdachte in kwestie: Souris R. uit Veghel.
De Hoge Raad vindt dat het gerechtshof onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de verklaringsvrijheid van R. niet zou zijn belemmerd.
Undercoveragenten die zich voordeden als criminelen, beloofden R. dat hij 75.000 euro kon verdienen met de handel van xtc als hij zijn daad opbiechtte. Dat deed hij, maar hij noemde het ‘grootspraak’ tijdens de rechtszaak.
Posbankmoord
Frank S. en Souris R. werden door het hof veroordeeld tot achttien jaar cel voor het medeplegen van de moord op Wiegmink. De 44-jarige hardloper werd op 20 januari 2003 doodgeschoten op de Posbank, een natuurgebied bij Rheden. Zijn lichaam werd een korte tijd later verkoold teruggevonden in zijn uitgebrande auto in het Brabantse Erp.
De moord van Wiegmink bleef jarenlang onopgelost. In november 2016 kreeg Frank S. uit Boekel last van zijn geweten en legde hij bij de politie een bekentenis af. Later werd ook Souris R. opgepakt door de undercoveragenten.