OTTERLO – Door de aanwezigheid van twee wolven binnen de hekken van het Nationale Park De Hoge Veluwe is de moeflonpopulatie daar bijna gehalveerd. Dat stelt het park na een nieuwe telling. In maart dit jaar liepen er 171 moeflons rond, een jaar eerder waren dat er 339. Deze cijfers zijn voor het park aanleiding om de tentoonstelling ‘Red de moeflon’ te openen.
“Als we niets doen dan zorgt de wolf dat de moeflon binnen zeer korte tijd is verdwenen”, benadrukt jachtopzichter Frank Ruysch. “Dat zou eeuwig zonde zijn. De moeflon is voor ons van zeer grote waarde omdat hij de jonge grove dennen eet. Op die manier onderhouden we op een natuurlijke manier ons open cultuurhistorisch landschap en de daarbij horende biodiversiteit.”
Door Europese en Nederlandse wetgeving rondom de wolf is het park met handen en voeten gebonden. Verdoven en vangen van de wolf – laat staan afschieten – zijn ten strengste verboden. En dus kijkt het park naar alternatieven.
‘Wolf doet niet alleen maar goed’
De tentoonstelling over de moeflon opent vandaag, in het Museonder in het park. Volgens Ruysch is de gedachte daarachter tweeledig. “We willen enerzijds mensen informeren over het belang van de moeflon voor het park. Anderzijds willen we het verhaal vertellen dat de wolf niet alleen maar goed doet. Want hij eet echt niet alle dieren op die hij vangt. En lang niet alle dieren zijn ziek of gewond.”
Ruysch legt in deze video uit waarom de moeflon zo belangrijk is voor de Veluwe:
Bezoekers van de tentoonstelling wordt gevraagd een petitie te ondertekenen om de moeflon te redden. De petitie is gericht aan gedeputeerde Peter Drenth van de provincie Gelderland en minister voor Natuur en Stikstof Christianne van der Wal.
“Wij hopen dat wij door de petitie een ontheffing krijgen om de wolf te mogen vangen en verwijderen”, zegt Ruysch. “We willen echt een statement maken richting de politiek. Het is echt een kwestie van willen, want in andere Europese landen kan de wolvenpopulatie wel worden beheerd.”
‘Extreem moeilijk om wolf buiten te houden’
Stel dat het lukt om de politiek zover te krijgen dat het Nationale Park de wolf mag verwijderen, dan is het een kwestie van tijd voordat het roofdier weer terugkeert binnen de hekken. Dat stelt Maurice La Haye van de Zoogdiervereniging in Nijmegen.
“Het is echt extreem moeilijk om een wolf buiten te houden”, weet La Haye. “Zeker als je zo’n groot park hebt met zoveel heklengte. Dan is er altijd wel een gaatje te vinden om binnen te komen. De wolf is gewoon heel slim en handig.”
Volgens La Haye zijn er buiten de moeflon om ook andere manieren om het open cultuurhistorisch landschap op De Hoge Veluwe te behouden. “Dat kan bijvoorbeeld door met een schaapskudde met een aantal geiten rond te trekken. Het is anders dan de moeflon en kost misschien meer geld, maar het kan wel.”
Dodelijk vluchtinstinct
Door het vluchtinstinct van de moeflon en de groeiende wolvenpopulatie duurt het volgens La Haye nog zo’n twee à drie jaar voordat het kleinste Europese bergschaap uit het Nederlandse landschap is verdwenen.
“We zien overal waar de wolf terugkomt in natuurgebieden dat de moeflon als eerste prooidier verdwijnt. Hij is bij gevaar gewend de bergen in te vluchten en om de zoveel meter achterom te kijken naar zijn achtervolger. Dat werkt misschien in de bergen, maar op vlakke gebieden zoals de heide is het juist daarom een ontzettend makkelijke prooi voor de wolf”, aldus La Haye.
De moeflon komt van origine voor in de bergen van Zuid-Europa. In 1921 zijn de eerste moeflons uitgezet op De Hoge Veluwe met als doel om erop te jagen. Vanaf 1950 verandert de rol van de moeflon en dient het kleine bergschaap primair voor het begrazen van de open landschappen.