Velp krijgt een luxe nieuwe dierenopvang, maar waar komt het geld vandaan?

In de nieuwe opvang is veel rekening gehouden met het welzijn van de dieren Foto: Pexels
In de nieuwe opvang is veel rekening gehouden met het welzijn van de dieren Foto: Pexels

VELP – Het heeft even geduurd, maar na zeven jaar opent de nieuwe dierenopvang in Velp dan eindelijk haar deuren. De oude opvang was sinds 1966 in gebruik en ging vorig jaar tegen de vlakte. Het nieuwe pand is supermodern, met een energiezuinig ontwerp en speciaal oog voor dierenwelzijn. Hoe zien we dat terug? En hoe is voor al dit moois betaald?

Het gebouw is ontworpen om zo weinig mogelijk energie te verliezen. Het is uitgerust met zeventig zonnepanelen en voor de verwarming moet uiteindelijk een warmtepomp worden geïnstalleerd. Door netcongestie is dit voorlopig nog niet mogelijk, waardoor het gebouw tot 2030 met gas wordt verwarmd. De voormalige dierenopvang heeft bijna zestig jaar dienst gedaan en het is de bedoeling dat haar opvolger minstens zo lang meegaat.

Kit-kat

Voor architect Jurrien de Mik was het de eerste keer dat hij zich aan een dergelijk project waagde. “Ik vond het erg leuk om te doen. Het is heel anders dan bij gebouwen die enkel voor mensen zijn ontworpen. Zo kwamen we erachter dat katten gek zijn op de warme lijm die we gebruikten in de kattenkennels. Dat nemen we weer mee voor de volgende keer. Maar uiteindelijk komt architectuur gewoon neer op het oplossen van problemen, dus dat blijft hetzelfde.”

Dierenwelzijn vooraan

Naast een energiezuinig ontwerp is het gebouw ook ontwikkeld om de dieren zo veel mogelijk op hun gemak te stellen. De Mik: “Het oude ontwerp was voor ons een goed voorbeeld van wat wel en niet goed werkte.”

Op basis daarvan werd een uitgebreid programma van eisen opgesteld. In de oude situatie keken honden vanuit hun verblijven direct op de gang, waardoor ze voortdurend geprikkeld en onrustig waren. Dat is in het nieuwe pand opgelost door rustruimtes tussen de hondenverblijven en de looproutes te plaatsen.

Ook de katten hebben betere verblijven gekregen. Ze zitten volledig gescheiden van de honden, in rustige ruimtes met meer mogelijkheden om zich terug te trekken. Honden en katten blijven na binnenkomst bovendien in dezelfde kamer om stress te beperken. Na de quarantaine blijven de dieren op dezelfde plek tot er een nieuw huis gevonden is. Daarnaast zijn er verschillende nieuwe faciliteiten voor de opvang van wilde dieren en is de brandbeveiliging in het gebouw verbeterd.

Samenwerking

Dit soort verbouwingen zijn niet gratis. Het project kon dan ook alleen tot stand komen door een samenwerking tussen negen gemeenten. De gemeenten Duiven, Westervoort, Lingewaard, Overbetuwe, Zevenaar, Doesburg, Rheden, Rozendaal en Arnhem trokken gezamenlijk de portemonnee. Gemeenten hebben de wettelijke taak binnen hun grenzen zorg te dragen voor dieren en bij te dragen aan noodhulp.