DE STEEG – Rheden kent verschillende gebieden met monumentaal erfgoed waar je eerst een vergunning moet aanvragen voordat je zonnepanelen mag plaatsen. Nietsvermoedende burgers kregen met handhaving te maken na het plaatsen van zonnepanelen omdat ze de regels niet volgden. Het gemeentebestuur wil dat in de toekomst zoveel mogelijk voorkomen.
De gemeente Rheden heeft drie ‘rijksbeschermde dorpsgezichten’: Villapark Overbeek in Velp, Dieren-Zuid en het buitengebied van Laag-Soeren. In deze gebieden is een vergunning nodig voor het plaatsen van zonnepanelen.
Sinds 2011 geldt dat deze vergunning alleen verleend wordt als de zonnepanelen niet vanaf de openbare ruimte zichtbaar zijn. Het college heeft een voorstel ingediend om de regelgeving te versoepelen. De gemeenteraad sprak hier dinsdagavond over op verzoek van de VVD.
Handhaving voor plaatsen zonnepanelen
Verschillende inwoners van de beschermde dorpsgezichten hebben de afgelopen jaren toch zonnepanelen geplaatst, omdat ze niet van de regelgeving op de hoogte waren. In acht gevallen heeft dit zelfs geleid tot handhavingszaken die nog altijd lopen. Met de nieuwe richtlijnen zouden zeven van de acht zaken zijn opgelost. Voor de laatste wordt naar maatwerk gezocht.
De belangrijkste uitgangspunten zijn dat de rust in het beeld zo min mogelijk wordt aangetast, dat architectonische kenmerken zichtbaar blijven en dat rekening gehouden wordt met de cultuurhistorie. Er zijn volgens wethouder Dorus Klomberg 25 aanvragen onderzocht die in het verleden waarschijnlijk afgekeurd zouden worden. Hiervan konden er nu 18 goedgekeurd worden op basis van de voorgestelde richtlijnen.
‘Principieel voor duurzaamheid’
Op de vraag van raadslid Rob Koekkoek (VVD) antwoordde Klomberg dat hij principieel kiest voor duurzaamheid. ‘Maar het moet wel inpasbaar zijn in het landschap.’ Constans Pos (GroenLinks) ziet het probleem sowieso niet: ‘Je zult zien dat een onrustig legpatroon bijdraagt aan het herkenbare dorpsgezicht over 50 jaar’, grapt het raadslid.
Het voorstel van het gemeentebestuur heeft tot 14 maart ter inzage gelegen. Hierop zijn drie reacties binnengekomen. De verwachting is dat de gemeenteraad in juni over het definitieve voorstel zal besluiten.