DOESBURG – Mag een raadsvergadering in de gemeente 7500 euro kosten? Want dat zou zomaar eens kunnen gebeuren in Doesburg. Het heeft alles te maken met de toekomst van het monumentale stadhuis. De gemeenteraad moet beslissen of het stadhuis wel of niet (gedeeltelijk) wordt verkocht. En dat bepaalt óf en wat de inwoners straks meebetalen. De zaken op een rijtje.
Het stadhuis in Doesburg is te duur geworden voor de gemeente, door te veel onderhoud en te hoge stookkosten. Een jaar geleden verhuisden daarom de meest ambtenaren naar een kantoorpand buiten het centrum. Kosten: dik 3,5 miljoen euro.
Wel bleef de publieksbalie in het stadhuis open. Maar nu ook deze per 1 mei naar dit kantoorpand verhuist, blijft er een leeg stadhuis in de binnenstad over. Alleen de raadszaal wordt dan nog benut voor vergaderingen en af en toe een huwelijksvoltrekking. De rest van het pand is dan nagenoeg onbenut.
Explosieve kwestie, wel of niet verkopen
Burgemeester en wethouders hebben een vastgoedexpert laten onderzoeken welke toekomstscenario’s er zijn voor het stadhuis. De voorkeur van B&W gaat uit naar verkoop van het jongste gedeelte van het stadhuis. De oude raadszaal en de burgerzaal blijven dan eigendom van de gemeente. Het jongste gedeelte van het stadhuis zou verkocht kunnen worden, liefst voor het ombouwen naar woonruimte.
Vóór het eventueel zover komt, moet de gemeenteraad daarover een beslissing nemen, want die is uiteindelijk de baas over wel of niet verkopen. En dat is, op z’n zachtst gezegd, een explosieve kwestie. Want in het coalitieakkoord staat dat ‘Hoe dan ook het historische deel van het stadhuis niet ter discussie staat. Dit blijft hoe dan ook het bestuurscentrum van de gemeente Doesburg. Dit staat los van de vraag hoe en waar de ambtelijke huisvesting georganiseerd gaat worden’.
Met name de Stadspartij, de grootste partij in Doesburg, is er alles aan gelegen om het stadhuis in eigendom te houden. Want, zegt Appie van der Beek: “Het is de ziel van ons Doesburg en daar blijf je van af!”
Behoud van raadszaal kost jaarlijks veel geld
Maar die ziel kost wel veel geld, dat uiteindelijk opgebracht moet worden door de gemeente zelf, dus de inwoners zelf. CDA-fractievoorzitter Wim Robbertsen liet er onlangs in een commissievergadering een rekensommetje op los.
Jaarlijks zijn er gemiddeld drie commissievergaderingen en één raadsvergadering per maand, en dat tien maanden lang, rekende Robbertsen voor. “Dat zijn dus veertig vergaderingen. Als je kijkt naar de samenvatting van de financiële consequenties in de nota dan zie je daar dat de optie 2 (Nieuwbouwdeel en Hof Gelria verkopen, Raadhuis behouden) structurele kosten meebrengt van 300.600 euro. Gedeeld door 40 is dat ruim 7.500 euro per vergadering. Optie 1 (alles verkopen en de raadszaal terughuren) kost indicatief 105.000 euro per jaar. Delen door 40 is dat ruim 2.600 euro per vergadering.”
Dat worden dan wel heel dure kopjes koffie, vindt ook D66-commissielid Laszlo Glasek. “Het gaat hier om gemeenschapsgeld. We zullen daarom met een motie komen om onderzoek te doen naar andere vergaderlocaties, om die in kaart te brengen.”
Kosten gemeente lopen op in ravijnjaar
Toch lijkt een meerderheid van de gemeenteraad vooralsnog te neigen naar het behoud van de oude raadszaal voor Doesburg. Het jongere gedeelte van het stadhuis, en eventueel de burgerzaal mogen wel worden verkocht. Maar dat brengt ook weer kosten met zich mee. Want dan moet er een afscheiding worden gemaakt tussen het raadhuis en het afgestoten gedeelte. En de financiële toekomst is door veranderend landelijk beleid al niet rooskleurig. VVD-fractieassistent Mandy Kampen: “Ook in Doesburg geldt: je kunt het geld maar één keer uitgeven, dus zullen ook wij prioriteiten moeten stellen.”
Op welke termijn de gemeenteraad in Doesburg een definitief besluit neemt, is nog niet duidelijk. Pas dan kan er eventueel een bord ‘Te Koop’ aan het stadhuis worden gehangen.